Ik weet het niet.
vISovbe'.


Zij is zeer mooi.
'IHqu'.

Probeer het nog eens.
yInIDqa'!

Hij heeft een boek geschreven over porselein.
nagh bopbogh paq qonta'.

Morgen gaat het sneeuwen.
wa'leS peD.

Ik weet dat je rijk bent.
bImIp 'e' vISov.

Ik kan niet meer!
vISIQbe'choH!

Hoeveel kost het?
Dochvetlh DIlmeH Huch 'ar DaneH?

Doe het licht uit. Ik kan niet in slaap komen.
wovmoHwI' yIchu'Ha'! jIQongchoHlaHbe'.

Uniformen verschillen van school tot school.
pIm DuSaQmey pIm HIpmey.

Uniformen verschillen van school tot school.
wa' DuSaQ HIp rurbe' DuSaQ latlh HIp.

Dat is onze school.
DuSaQraj 'oH.

In haar slaapkamer stond een tafeltje. En daarop stond een klein flesje.
Qong pa'DajDaq raSHom tu'lu'. 'ej raSHomDaq balHom mach tu'lu'.

Dat is niet iets wat iedereen kan doen.
vay''e' ta'laHbogh Hoch 'oHbe'.

Ik bel ze morgen, als ik weer terug ben.
wa'leS jIcheghpu'DI' vIrI'.

Zolang ik adem, hoop ik.
jItlhuHtaHvIS jItul.

Wie is hij?
ghaH 'Iv?

Deze opgave is te eenvoudig.
tlhoy ngeD Qu'vam.

Het lukte hem te ontsnappen.
narghchu'pu'.

Dit is verdomd moeilijk!
Qatlhqu' jay'!

Ze bonden de dief vast aan een boom.
SorDaq nIHwI' lubaghta'.

Laat me gaan!
jImej 'e' yIchaw'!

Ik ben moe.
jIDoy'.

Kan ik met een creditcard betalen?
jIDIlmeH Huch chaw' vIlo'laH'a'?

Vraag en u zal gegeven worden.
yItlhob 'ej ghIq SoHvaD noblu'.

Zij heeft een rond gezicht.
moQ rur qabDaj.

Doe je mond open.
nujlIj yIpoSmoH!

Handen omhoog!
ghopDu' pep!

Wat is er aan de hand?
qaStaH nuq?

Engels is niet eenvoudig, maar het is interessant.
ngeDbe' 'a Daj DIvI' Hol.

Hij eet een appel.
'epIl naH SoptaH.

Hij is een appel aan het eten.
'epIl naH SoptaH.

Is het iets ernstigs?
vay' Sagh 'oH'a'?

Ik heb mijn paraplu in een bus laten liggen.
lupwI'Daq SIS yoDwIj vIlanpu'. ghIq bong vIqembe'.

De hond volgt me overal heen.
tIngvo' 'evDaq chanDaq mutlha' Ha'DIbaH.

Echt? Ik dacht dat zij als laatste zou trouwen.
qar'a'? naybogh HochDIch ghaH 'e' vIQub.

Dat klopt. Er zit veel vocht in de lucht.
qar. yIQqu' muD.

Het was een erg hete avond.
ram tujqu' 'oH.

Ik ben gestopt met roken.
tlhIch jIpur 'e' vImevta'.

Zij houdt van sinaasappels, toch?
tera' na'ran parHa' qar'a'?

Ik ben arts.
Qel jIH.

Ons team heeft verloren.
luj ghommaj.

Dit is te lang.
tlhoy tIq Dochvam.

Wat zei ze?
nuq jatlhpu'?

Engels is een zeer moeilijk te leren taal.
ghojlu'meH Qatlhqu'bogh Hol 'oH DIvI' Hol'e'.

Taro, kun je mij helpen?
tarow, choboQlaH'a'?

George is arm maar altijd blij.
mIpHa' jo'rIj, 'ach reH yon.

Ik heb veel boeken.
paqmey law' vIghaj.

Hij kan trots zijn op zijn vader.
vavDajmo' HemlaH.

Ik ken hem.
ghaH vISov.